Tekst Kees van Nieuwamerongen

In ons jaarplan hebben wij thema’s opgenomen die volgens ons het komende jaar actueel worden en waar wij extra aandacht aan willen geven. Als je zo’n jaarplan schrijft is het natuurlijk onzeker of dat de goede thema’s zijn, of daar de risico’s liggen die je wilt voorkomen. Je kunt immers door de actualiteit ingehaald worden, waardoor nieuwe thema’s ontstaan waar je meteen wat mee moet. Waar precies de grote risico’s liggen die morgen actueel én relevant zijn, dat weet je eigenlijk niet. Toch is dat de grote uitdaging van iedere toezichthouder. Om met Donald Rumsfeld te spreken, eigenlijk ben je altijd op zoek naar de ‘unknown unknowns’

"Voor de Jeugdautoriteit is toezicht een open gesprek over de stand van zaken."

Een bekende reflex om met dergelijke onzekerheden om te gaan, is om zoveel mogelijk gegevens over organisaties te verzamelen. Toezichthouders, maar ook beleidsmakers en uitvoerders, hebben daar een handje van. Vaak is de gedachte: hoe meer gegevens je hebt, des te makkelijker kun je beslissingen nemen, interventies plegen en risico’s vermijden. Toch is dat niet zo; hoe meer gegevens je hebt, hoe groter het risico is op ruis. Je ziet vaak vooral datgene waar je naar kijkt, hoe slim algoritmes ogenschijnlijk ook zijn. De kunst is om met een beperkt aantal goed gekozen indicatoren een eerste inschatting te maken van de risico’s. Dat proberen wij met ons Early Warning System dat wij vanaf mei dit jaar landelijk invoeren. Met het EWS kunnen wij aan de hand van een gerichte gegevensuitvraag aan alle jeugdzorgaanbieders en gecertificeerde instellingen mogelijke risico’s voor de continuïteit van zorg in beeld brengen. Denk aan financiële gegevens zoals de solvabiliteit en de liquiditeit, maar ook informatie over productie, het aantal vacatures en personeel dat niet in loondienst is. Problemen met de continuïteit van zorg hoeven immers niet per se samen te hangen met de financiën, maar kunnen ook andere oorzaken hebben zoals problemen met het aantrekken van personeel.

Als de uitgevraagde indicatoren daar aanleiding toe geven, dan praten wij graag verder met jeugdzorgaanbieders en gecertificeerde instellingen over de stand van zaken en mogelijke oplossingen. In een persoonlijk gesprek proberen wij dan een beeld te krijgen van de situatie en de ontwikkeling die een aanbieder doormaakt. Naast de objectieve gegevens uit het EWS is het immers belangrijk hoe aanbieders met de gesignaleerde risico’s omgaan, of de risico’s herkend worden en of er al actie op ondernomen is. Zijn zorgen over risico’s al gedeeld met gemeenten? Hoe gaan zij ermee om? Wordt daar adequaat op gereageerd en is er voldoende ruimte voor tijdige maatregelen? Dat bedoelen wij als wij het hebben over toezicht; een open gesprek over de actuele situatie en over de interne en externe beheersing van die situatie.

Portretfoto van Kees van Nieuwamerongen
Kees van Nieuwamerongen is directeur a.i. van de Jeugdautoriteit

De ontwikkeling van het EWS en van de JA als toezichthouder zijn belangrijke thema’s in ons jaarplan 2023. Maar we doen ook stelselonderzoek. Bijvoorbeeld naar hoofd- en onderaannemerschap. Wij zien namelijk een trend dat gemeenten met steeds minder aanbieders contracten af sluiten en in plaats daarvan vooral met een paar hoofdaannemers willen praten. Het is aan de hoofdaannemers om vervolgens onderaannemers te vinden en te contracteren. Zeker een actueel thema en relevant omdat het gevolgen kan hebben voor de continuïteit van hoofdaanbieders. Daar doen wij onderzoek naar en daarover zijn wij momenteel met een aantal aanbieders en regio’s in gesprek. Wederom met als doel om in een open sfeer meningen te vormen en risico’s te inventariseren.

Gecombineerde aanbieders zijn een ander thema dat wij onder de loep nemen. Daarmee bedoelen wij jeugdzorgaanbieders die ook zorg leveren uit hoofde van de Zorgverzekeringswet, de Wet langdurige zorg of de Wet maatschappelijke ondersteuning. Omdat veel jeugdzorgactiviteiten verlieslatend zijn, en bovendien erg veel administratieve lasten veroorzaken, maken wij ons zorgen over potentiële continuïteitsrisico’s bij deze aanbieders.

"Wij denken niet: hoe meer informatie, hoe beter"

Naast deze onderzoeken en het EWS, hebben wij ook nog een paar periodieke monitors aangekondigd om duidelijkheid te krijgen over de risico’s in een tweetal deelsectoren waarvan wij het belangrijk vinden om de ontwikkelingen op de voet te volgen. Ik heb het dan over de aanbieders van JeugdzorgPlus en de gecertificeerde instellingen.

De afgelopen weken heb ik over deze bovenstaande onderwerpen diverse brieven aan jeugdzorgaanbieders en gecertificeerde instellingen verstuurd met het verzoek om mee te doen aan onderzoeken, monitors of aan het EWS. Sommigen van u hebben misschien wel meerdere brieven, e-mails of verzoeken ontvangen. Misschien heeft u ook wel gedacht ‘weer een informatieverzoek, weer een extra administratieve last’. Ik snap dat wel. Ondanks dat wij gericht gegevens uitvragen en wij daarvoor een toegankelijk portaal gebruiken veroorzaken onze verzoeken gewoon werk. Wat ik u kan verzekeren: wij denken niet ‘hoe meer informatie, hoe beter’. Wij proberen een beeld te krijgen van wat er goed gaat en wat niet, en hoe wij vervolgens kunnen helpen om het stelsel net een beetje beter te laten functioneren. Dat is onze ambitie en volgens mij verdient de sector dat ook.

Abonneren op JA Magazine

Abonneer je gratis op het online magazine van de Jeugdautoriteit en ontvang zes keer per jaar de nieuwe editie altijd direct in je mailbox.

Lees ook de eerdere columns van Kees van Nieuwamerongen: