Tekst Kees van Nieuwamerongen

Wij vinden dat de kwaliteit en beschikbaarheid van data in de jeugdzorgsector ontoereikend is. Hierdoor is er te weinig inzicht in het reilen en zeilen van de sector: Wat is de effectiviteit van behandelingen? Waar gaat het meeste geld naartoe? Hoe effectief is de zorg? In welke regio’s en gemeenten is de continuïteit in gevaar? En hoe werkt het stelsel? In het jaarplan van de Jeugdautoriteit wordt dan ook expliciet aandacht besteed aan data. De vraag die ons het meeste bezighoudt is of de continuïteit van zorg gegarandeerd is. Kunnen aanbieders de zorg die zij vandaag aanbieden morgen ook nog leveren? Die vraag is belangrijk, want dit bepaalt bijvoorbeeld of jeugdigen de zorg kunnen blijven krijgen die zij nodig hebben; of de stabiliteit van hun behandelplannen is gegarandeerd, of dat zij naar andere aanbieders toe moeten. Om die vragen te beantwoorden hebben wij betrouwbare data nodig. 

"Nou hoor ik lezers al zuchten dat het weer over geld gaat. Maar aan het eind van de maand moeten de salarissen wel betaald kunnen worden."

Of de continuïteit van zorg gegarandeerd is, is in belangrijke mate afhankelijk van de financiële situatie van jeugdzorgaanbieders. Hoe staan zij er qua liquiditeit en solvabiliteit voor? Zijn de tarieven die gemeenten betalen toereikend? Hoe hoog zijn de wachtlijsten eigenlijk? Wat zijn de personeelstekorten en hoeveel wordt er gebruik gemaakt van personeel dat niet in loondienst is? Vragen die niet alleen wij stellen, maar die een bestuurder van een instelling eigenlijk ook moet stellen om te kunnen sturen. En vragen waarvan je verwacht dat een gemeente die ook met een zekere regelmaat aan haar contractpartijen stelt, zodat ze niet verrast wordt als één van die partijen ineens niet meer aan zijn verplichtingen kan voldoen. En vergeet ook de Raad van Toezicht niet. Als die haar rol waar wil maken, zal zij deze managementinformatie ook moeten ontvangen. En nou hoor ik lezers al zuchten dat het weer over geld gaat. Maar aan het eind van de maand moeten de salarissen wel betaald kunnen worden. Als die salarissen en andere verplichtingen niet betaald worden, dan duurt het niet lang meer voordat de jeugdigen en de gezinnen geen zorg meer krijgen. Kortom, we hebben het ergens over!

Portretfoto van Kees van Nieuwamerongen
Kees van Nieuwamerongen is directeur a.i. van de Jeugdautoriteit

Toch maak je jezelf na het begin van de toeslagenaffaire niet bijster populair als je begint over data of over rekenregels om risico’s in kaart te brengen. Ook na het verschijnen van het rapport van de parlementaire enquête over het fraudebeleid kwam data en alles wat daarin gekoppeld werd weer in een kwaad daglicht te staan. Op de sociale media werd, naar aanleiding van een bericht dat wij over ons jaarplan plaatsten, het verzamelen van data één op één gelijk gesteld aan het creëren van nieuwe schandalen.

Daar is wel wat tegen in te brengen, maar ook wat voor te zeggen. Onze data gaan niet over persoonlijke gegevens. Wij zeggen ook niets over de kwaliteit van zorg, wij kunnen geen betalingen terugvorderen, weten niet of behandelingen terecht plaatsvinden of niet en controleren dat ook helemaal niet. Het risico op een herhaling van de toeslagenaffaire ligt dus niet zo voor de hand. 

Aan de andere kant moet je voorzichtig zijn met data. Je ziet waar je naar kijkt, en de data die je verzamelt bepalen de conclusies die je trekt. Om een voorbeeld te geven: wij monitoren de bezetting van de gesloten jeugdzorg omdat wij ons zorgen maken over de continuïteit van jeugdzorg. Dan worden wij misschien wat ongerust als een deel van de capaciteit van de gesloten jeugdzorg leeg staat, terwijl dat maatschappelijk gezien misschien wel een hele wenselijke ontwikkeling is. Wij zijn echter van het geld en zullen dan toch aan gaan dringen op compensatie van misgelopen inkomsten. Het zou wat anders zijn als wij aan zouden dringen op een hogere bezetting omdat dat financieel zo goed uitkomt. Ik weet dat een dergelijke reactie erg raar zou zijn, maar gestuurd door algoritmes hoor ik bedrijven en overheden de laatste jaren nog wel gekkere dingen beweren.

"Data zijn in mijn ogen noodzakelijk, maar kunnen nooit een alternatief zijn voor gezond nadenken."

Kortom, data zijn in mijn ogen noodzakelijk maar kunnen nooit een alternatief zijn voor gezond nadenken. Ik geloof ook niet dat er één data-analist is die dat wel denkt, maar gebruikers van data helaas nog wel eens. 

Als je dan flink wat data hebt, wat kun je daar dan mee? Wij hebben ons de afgelopen maanden verdiept in de financiële gezondheid van de aanbieders van jeugdzorg. Wij hebben gekeken of zij aan hun verplichtingen kunnen voldoen en ruimte hebben om zorginnovatie te financieren. Ook hebben we onderzocht wat de mogelijke gevolgen zijn van de nieuw afgesloten cao en wat de mogelijke gevolgen zijn voor de zorgcontinuïteit als de hogere loonkosten niet volledig doorgerekend worden in de tarieven. Uit deze berekeningen volgen een hoop kopzorgen. Nog meer grote aanbieders dreigen in zwaar weer terecht te komen. Dit soort analyses zijn volgens mij hoogstnoodzakelijk om te kunnen sturen en de toekomst van jeugdzorg veilig te stellen. Dat de data over de jeugdzorg en individuele aanbieders in zo’n slechte staat verkeren vind ik dan een groot risico. Actie daarop is hard nodig.

Abonneren op JA Magazine

Abonneer je gratis op het online magazine van de Jeugdautoriteit en ontvang vier keer per jaar de nieuwe editie altijd direct in je mailbox.

Lees ook de eerdere columns van Kees van Nieuwamerongen: